In de tweede week van het startthema knutselden we ons klassymbool: de uil. We gingen daarvoor aan de slag met verf, spons, papier, schaar en lijm. Aan de hand van een stappenplannetje tekenden we ook uilen of kleurden we nieuwe kleurplaten in. 
Enkele hoekjes werden verrijkt met nieuw materiaal. Zo werd de plasticinehoek aangevuld met de ‘Funny Characters’ en daarmee maakten we grappige mannetjes. In de puzzelhoek konden we spelen met de magneetboeken en was het deze week ook onze beurt om te spelen in de bakkerswinkel. Er werden veel broodjes verkocht aan onze klanten. 
Met Mickey en de letterbomen verkenden we de letter Aa van ‘allemaal’ en ‘anders’. Daarna gingen we in de warbak op zoek naar de letter ‘A’.  In de kring speelden we een raadselspelletje met voorwerpen uit de verschillende hoeken van onze klas: ‘Ra, ra, ra wat is er weg?’.
We trokken ook naar buiten om enkele bewegingsspelletjes te spelen. Zo leerden we onze lichaamsdelen nog beter kennen, gebruiken en benoemen. 
Met Miertje Maniertje verkenden we het getal 1. We leerden het getal herkennen en koppelen aan een beweging of een hoeveelheid. En met de mooie verhalen van de groentjes ‘Goede afspraken’ en ‘De kring staat stil’, bevestigden we onze vriendschap. Op naar volgende week om het startthema af te sluiten en een nieuw thema te beginnen …